Van statushouder naar elektromonteur

Collega's vertellen

Elektrotechniek monteur

In 2017 startten wij ons eerste technische werk-leertraject voor statushouders in Nederland. Sedr Fatom (afkomstig uit Syrië) is één van de eerste deelnemers aan dit unieke traject.

Als enige van zijn familie volgde Sedr in Syrië een elektro-opleiding. Zijn keus voor de elektrotechniek was gedurfd; zijn twee oudere broers zijn net als zijn vader kledingmaker. ‘Maar ik wilde dat niet. Het leek me saai. Ik wil niet op een kantoor werken, ik wil bewegen en veel met mensen kunnen praten.’ Het bleek een goede keus: hij slaagde voor zijn opleiding en kon daarna enkele jaren ervaring opdoen bij een klein elektriciteitsbedrijf.

Aan het werk in Nederland

Bij zijn aankomst in Nederland twee jaar geleden is Sedr vastbesloten hetzelfde te gaan doen. Even lijkt hij een goede kans te maken: zijn Syrische diploma wordt gewaardeerd op niveau twee elektrotechniek. Maar aan het werk komen blijkt een stuk moeilijker te zijn; hij zal eerst een Nederlands mbo-diploma moeten zien te halen en werkervaring moeten opdoen. Als hij zich bij de gemeente Ede meldt, verwijst zijn contactpersoon hem door naar het UAF.

Het UAF wijst hem op het nieuwe leerwerktraject voor het mbo dat is opgezet in samenwerking met energiebedrijf Alliander en Technical Valley. Of hij drie maanden later kan beginnen. Ja, lacht Sedr: ‘Toen had ik wel een beetje mazzel. Leren en werken: dat is precies wat ik wilde, en meer dan ik me kon voorstellen.’ Hij is blij dat hij geen uitkering meer nodig heeft: ‘Dat Nederlanders voor mij moeten betalen, vind ik heel erg.’

Weg van de dienstplicht

Als jongste zoon uit een gezin van zes kinderen, groeide Sedr op in Damascus. Omdat zijn moeder overleed toen hij nog peuter was, heeft zijn vader altijd een belangrijke rol in zijn leven gespeeld: ‘Mijn vader is altijd mijn vader en moeder tegelijk geweest.’ Het was ook zijn vader die hem begin 2015 op het hart drukte dat hij moest gaan, weg uit Syrië, weg van de oorlog, de waanzin en de dienstplicht, op naar een nieuwe toekomst: ‘“Ik wil jou niet verliezen aan deze oorlog” zei mijn vader tegen mij.’

Het is dan ook zijn vader die hij het meeste mist als hij in Ede op zijn kamer zit: ‘Mijn vader is ook een goede vriend. Het is heel moeilijk dat ik hier zit en hij daar.’ De situatie in de streek waar zijn vader nu woont, is nog niet veel verbeterd: ‘Een enorm probleem is nog steeds het kidnappen van onschuldige burgers waar milities veel losgeld voor vragen.’

Lange dagen

Als Sedr op een regenachtige, koude avond in de herfst van 2015 op het centraal station van Amsterdam aankomt, gaat het snel. Binnen een half jaar heeft hij een verblijfsvergunning, een klein jaar later wordt hem ook een kamer toegewezen in Ede. De Nederlandse taal heeft hij al snel onder de knie; binnen vier maanden slaagt hij voor de eerste twee taalniveaus.  Hij maakt lange dagen tijdens het werk-leertraject: ‘Ik moet om half zeven ‘s ochtends de deur uit en mijn avondeten koop ik vaak op het station: friet met twee kroketten. Dat vind ik echt lekker. Thuis ga ik vaak nog even naar de sportschool en daarna studeer ik. Maar hard werken vind ik niet erg: ik weet waar ik het voor doe.’

Veel van wat behandeld wordt in de theorie-opleiding die hij gedurende twintig weken volgt, is bekend, maar de vele afkortingen die in de elektrotechniek worden gebruikt, vindt hij lastig om te onthouden. Net als de Nederlandse uitdrukkingen trouwens: ‘Een gat in je hand hebben; dat betekent heel wat anders dan ik dacht dat het was.’

Goede kans

Als er geen oorlog meer is, wil Sedr graag terug naar zijn eigen land, terug naar zijn vader, zijn broers en zijn zussen. Maar dat kan nog wel eens heel lang gaan duren, denkt hij: ‘De oorlog in Syrië begon om vrijheid, maar nu gaat het om religie. Dat maakt het allemaal nog moeilijker.’ Het UAF is hij dankbaar: ‘Zij hebben mij een goede kans gegeven hier in Nederland.’ En ook het persoonlijke contact met zijn studentenbegeleider waardeert hij: ‘Mijn studiebegeleider is heel relaxed, het voelt meer als een goed vriend. We gaan nog een keer een biertje drinken samen.’

Dit artikel is eerder verschenen op de wesbite van Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF.


Foto: Suzanne Blanchard

Copyright 2024 - Technical Valley